Eind 2013 werd de Vlaardingse stadsarchivaris Harm Jan Luth benaderd door een joodse man die postuum een Yad Vashem-onderscheiding wilde aanvragen voor de redster van zijn in de oorlog geboren oudere broer. Die redster was mevrouw Clazina Maria van den Berg (Rotterdam 1908 – Apeldoorn 2001) en er zou een link met Vlaardingen zijn. Mevrouw van den Berg was ongehuwd en zonder kinderen overleden en onderzoek bij het stadsarchief wees uit dat zij één broer had, Johannis van den Berg (Rotterdam 1909 – Vlaardingen 1966), die chef van het bedrijfslaboratorium van Lever’s Zeep Maatschappij NV was geweest en sinds 1947 met zijn vrouw Grietje Mol en dochter Marijke aan de Sportlaan in Vlaardingen woonde. Mevrouw Van den Berg-Mol bleek in 2013 op 102-jarige leeftijd te zijn overleden, maar haar enige dochter en haar man, de heer J.W. van Beek, wonen nog in Vlaardingen.
Zo kon het contact gelegd worden tussen de aanvrager van de Yad Vashem-onderscheiding en dit echtpaar van wie de tante postuum werd geëerd voor haar verzetsdaad. Nadat alles door Yad Vashem was geverifieerd en akkoord bevonden, mocht stadsarchivaris Luth, namens het echtpaar Van Beek, onlangs de medaille en de oorkonde uit handen van de Israëlische ambassadeur Haim Divon in het Haagse stadhuis in ontvangst nemen. De heer en mevrouw Van Beek hebben de medaille en de oorkonde vervolgens met een aantal papieren van hun tante geschonken aan het Vlaardingse stadsarchief.
De gedecoreerde mevrouw Ien van den Berg, die als vroedvrouw in 42 jaar 13.000 baby’tjes ‘haalde’, woonde en werkte sinds 1940 in Apeldoorn. Op 19 maart 1943 hielp ze bij de bevalling van Hans Levie wiens ouders zaten ondergedoken bij het gezin Van Asselt-de Jong. Na vier dagen nam de vroedvrouw het jongetje mee naar het gezin Schrijver-van Norel waar het grootgebracht werd. Na de oorlog werd hij met zijn ouders herenigd. Hans Levie woont nu in Israël. Ook de gezinnen die onderduik hadden geboden zijn gelijktijdig onderscheiden.
