SCHIEDAM- De Schiedamse gemeenteraad wil dat de grote woningbouwcorporaties in de stad meer gaan samenwerken bij het ontwikkelen van nieuwe projecten. Zo kunnen ze vanaf het begin bepalen welke corporatie het meest geschikte plan heeft voor de bewoners. Alleen GroenLinks stemde eerder deze week tegen een motie met die strekking. Nu is WoonPlus nog de grootste verhuurder van sociale huurwoningen in Schiedam, maar de raad denkt dat meer concurrentie goed is voor de kwaliteit en de prijs van de woningen. Ook wil de raad dat er sneller wordt ingegrepen als een project niet voldoet aan de gestelde eisen. Het college van B en W gaat onderzoeken hoe de samenwerking tussen de corporaties kan worden verbeterd en komt voor 1 februari met een rapport hierover.
De raad vindt het belangrijk dat de gemeente vaart maakt met het bouwen van meer woningen, zoals afgesproken in de Woonvisie. De Woonvisie is een document waarin de gemeente haar visie op de woningmarkt uiteenzet en haar doelen voor de komende jaren vastlegt. De gemeente wil onder andere zorgen voor meer betaalbaarheid in het woningaanbod. De gemeente heeft als doel om in 2030 minstens zesduizend nieuwe woningen te hebben gebouwd. Door meer partijen te betrekken bij de projecten, hoopt de raad dat er meer variatie en innovatie komt in het woningaanbod. De gemeente wil ook zorgen voor beter onderhoud van de bestaande woningen en voorkomen dat verhuurders hun panden laten verloederen.
Naast WoonPlus, dat meer dan elfduizend woningen bezit, zijn er nog vier andere woningcorporaties actief in Schiedam: Habion, Mooiland, De Woonplaats en Maasdelta. Deze hebben samen nog geen vijfhonderd woningen in beheer. Vestia heeft in 2019 besloten om al haar woningen in Schiedam te verkopen.
In Schiedam is ruim 20% van de huurwoningen in particuliere handen. Dat is veel hoger dan het landelijk gemiddelde van 14,2%.
