VLAARDINGEN- Na vrijspraak in eerste aanleg is een 41-jarige Roemeense vrachtwagenchauffeur in hoger beroep veroordeeld tot een gevangenisstraf van 10 jaar, voor het smokkelen van 25 illegalen vanuit Vlaardingen in de trailer van zijn vrachtwagen. De inhoud van de bewijsmiddelen laat naar het oordeel van het hof redelijkerwijs geen ruimte voor een andere uitleg dan dat de verdachte wetenschap moet hebben gehad van de aanwezigheid van de verstekelingen in zijn vrachtwagen.
De Roemeen wordt 19 november 2019 op het terrein van DFDS in Vlaardingen-Oost aangehouden. Die avond zijn de illegale vreemdelingen aangetroffen in een koelcontainer op een vrachtschip van DFDS naar Felixtowe in Groot-Brittannië. De illegalen komen uit het Midden-Oosten, voornamelijk Koeweit en Irak.
De Roemeen heeft die ochtend in Duitsland bij een vleesverwerkingsbedrijf in Duitsland een geladen koeltrailer opgehaald en is daarmee naar Nederland gereden. De vrachtwagencombinatie is vlak voor zijn vertrek bij het vleesverwerkingsbedrijf gewogen. Dit volgt uit een proces-verbaal van bevindingen van 3 december 2020 en uit de eerste afgelegde verklaringen van de verdachte. Het hof heeft geen reden om hieraan te twijfelen, mede gelet op de verklaring van een getuige over de weegprocedure die standaard wordt doorlopen. De vrachtwagencombinatie had toen een totaalgewicht van 38.920 kilo.
Nadat de verstekelingen in Vlaardingen waren aangetroffen en uit de koeltrailer waren gehaald, is de vrachtwagencombinatie opnieuw gewogen. Het totaalgewicht bedroeg toen 39.120 kilogram. Het verschil in gewicht tussen de wegingen is minimaal en wordt mede verklaard doordat de verdachte onderweg naar Nederland 300 liter diesel heeft getankt. Als de 25 verstekelingen al in de container zouden hebben gezeten vóór het vertrek in Duitsland, zou het voor de hand hebben gelegen dat het verschil tussen het weegresultaat bij vertrek op 19 november en dat op 21 november 2019 aanzienlijk groter zou zijn. Nu dit niet het geval is kan daaruit worden geconcludeerd dat de verstekelingen nog niet in de koeltrailer zaten toen de verdachte deze ophaalde en dat zij dus op een later moment zijn ingestapt.
Het hof stelt ook vast dat bij vertrek bij het Duitse vleesverwerkingsbedrijf aan de achterzijde van de koeltrailer enkel een lichtkleurig (intern) zegel was aangebracht. Van een ander aangebracht zegel was op dat moment geen sprake. Het lichtkleurige zegel moet nadien zijn verbroken, want op de veerboot in Vlaardingen was dit niet meer aanwezig.
