WaterwegActueel
Editie Vlaardingen / Maassluis / Schiedam / Hoek van Holland

VERVOLGING VOOR VEROORZAKER ONGELUK OP DELTAPAD VLAARDINGEN

VLAARDINGEN- Johnatan D. (geboren op Curaçao – Nederlandse Antillen) uit Schiedam-Nieuwland wordt verantwoordelijk gehouden voor een verkeersongeluk te Vlaardingen. Het Openbaar Ministerie (OM) heeft de 39-jarige D. gedagvaard om voor de meervoudige strafkamer van de rechtbank in Rotterdam te verschijnen. Hij wordt ervan beschuldigd dat hij op 19 september 2022 met zijn bromfiets een ongeluk heeft veroorzaakt door zijn schuld, omdat hij roekeloos, of in ieder geval zeer, of anders aanmerkelijk, onvoorzichtig en onoplettend heeft gereden op een openbare weg, namelijk een apart fiets-/bromfietspad dat het Deltapad heet. Hij heeft daarbij in of bij een bocht (naar links) niet genoeg rechts gehouden en is op het weggedeelte gekomen dat bestemd was voor het verkeer dat hem tegemoet kwam. D. heeft daarbij een vrouw op de fiets, die uit de andere richting kwam, niet op tijd gezien en is met haar in botsing gekomen. De vrouw heeft daardoor zwaar lichamelijk letsel opgelopen (namelijk botbreuken aan de ellepijp en het spaakbeen bij het polsgewricht), of in elk geval zulk lichamelijk letsel dat zij daardoor tijdelijk ziek is geworden of niet haar normale bezigheden heeft kunnen uitoefenen. Dit alles is gebeurd terwijl D. onder invloed was van een verdovend middel en geen rijbewijs had voor het besturen van een bromfiets.

Het OM baseert de strafeis op artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994. Dit artikel verbiedt iedereen om zich zo te gedragen dat er gevaar of hinder op de weg wordt of kan worden veroorzaakt. Het gaat dus om het (kunnen) veroorzaken van gevaar of hinder op de weg. Het artikel is bedoeld om alleen duidelijke vormen van gevaar en/of hinder op de weg aan te pakken. Het gevaar moet betrekking hebben op de verkeersveiligheid en een reële kans op een ongeval inhouden. Het maken van een verkeersfout, zoals te hard rijden, is niet genoeg om dit artikel te overtreden. Er moet echt sprake zijn van gevaarscheppend gedrag. Het veroorzaken van hinder betekent dat de vrijheid of de doorstroming van het verkeer wordt of kan worden belemmerd. Ook hier moet concreet worden gemaakt welke hinder precies is veroorzaakt.

De straf die op overtreding van artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994 staat, is hechtenis van maximaal 2 maanden en/of een geldboete van de tweede categorie. Daarnaast kan de rechter als bijkomende straf een ontzegging van de rijbevoegdheid opleggen voor maximaal 2 jaar, of in geval van herhaling voor maximaal 4 jaar. De rechter zal de straf bepalen aan de hand van de ernst van het gevaar of de hinder, de omstandigheden waaronder het gebeurde, en de persoonlijke situatie van de verdachte. De rechter kan ook rekening houden met eventuele schadevergoeding die de verdachte aan het slachtoffer moet betalen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *