SCHIEDAM- Een 24-jarige man uit Den Haag, Mohammed I., moet zich verantwoorden voor de politierechter voor het handelen in drugs in Schiedam. Hij werd op 27 september 2022 in Schiedam betrapt met 3,8 gram cocaïne en 3,5 gram heroïne op zak, zo stelt het Openbaar Ministerie (OM). De zaak is een gevolg van een ‘Aanhouding na strafbeschikking’, wat inhoudt dat de verdachte eerder een strafbeschikking had ontvangen, maar zich niet aan de gestelde eisen had gehouden. Zo kan het zijn dat de verdachte een opgelegde boete niet binnen de termijn had voldaan, of een taakstraf niet had uitgevoerd. In dat geval kan de officier van justitie opdracht geven om de verdachte aan te houden. De politie gaat dan op zoek naar de verdachte en brengt hem of haar naar het politiebureau. Daar krijgt de verdachte de kans om alsnog de boete te betalen of de taakstraf te voltooien, of wordt hij of zij voorgebracht aan de rechter. De rechter kan dan beslissen om een andere of zwaardere straf op te leggen.
Het OM wil de verdachte vervolgen op grond van artikel 10 lid 4 van de Opiumwet en artikel 2 onder B van de Opiumwet. Volgens de Opiumwet is het opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2, onder B of D, gegeven verbod een misdrijf dat wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of geldboete van de vijfde categorie. Artikel 2, onder B, verbiedt het binnen het grondgebied van Nederland brengen van middelen die vermeld staan op lijst I (harddrugs) of lijst II (softdrugs) van de Opiumwet. Artikel 2, onder D, verbiedt het vervaardigen, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken of vervoeren van deze middelen. De vijfde categorie geldboete bedraagt maximaal 87.000 euro.
Die heeft een boete gekregen voor het leuren met drugs? En die vervolgens niet betaald? Dus nu voogd een taakstraf?