ALBLASSERDAM- Een verslaggever van een lokaal blog is niet onrechtmatig behandeld door de rechter-commissaris van de rechtbank Rotterdam bij een huiszoeking in Alblasserdam op 5 december 2022. Dit heeft de rechtbank Den Haag bepaald. De verslaggever weigerde zijn bodycam uit te zetten nadat de rechter-commissaris hem dit had bevolen. Vervolgens besloot de rechter-commissaris de bodycam in beslag te nemen en beelden te laten verwijderen waarop opsporingsbeambten in burger close-up in beeld waren. De rechtbank oordeelt dat deze handelingen gerechtvaardigd waren.
De verslaggever was naar de woning gegaan waar een huiszoeking op het punt stond te beginnen, in verband met een onderzoek naar een dodelijk schietincident in Kinderdijk enkele dagen eerder. Bij aankomst liep hij op een groep opsporingsbeambten in burger af. Hoewel de verslaggever toezegde om geen opnamen te maken, bleek dat zijn bodycam nog draaide. Nadat hij weigerde deze uit te schakelen, gaf de rechter-commissaris het bevel de opname te staken. Toen de verslaggever dit weigerde, werd de bodycam in beslag genomen. De beelden waarop de opsporingsbeambten herkenbaar in beeld waren, zijn daarna verwijderd.
De verslaggever stelde dat deze gang van zaken in strijd was met de persvrijheid (het recht aan iedereen om te publiceren) en vond dat hij onrechtmatig was behandeld. Ook eiste hij een rectificatie van de rechtbank Rotterdam, omdat volgens hem ten onrechte de indruk was gewekt dat hij de situatie aan zichzelf te wijten had.
De rechtbank Den Haag heeft vastgesteld dat het belang van een ongestoorde huiszoeking en het voorkomen van wanordelijkheden zwaarder wogen dan de vermeende persvrijheid in deze situatie. De rechter-commissaris mocht, gezien de omstandigheden, het bevel geven de bodycam uit te zetten en deze in beslag nemen toen de verslaggever weigerde dit te doen. Daarnaast had de rechter-commissaris niet de bedoeling om de verslaggeving vanaf de openbare weg volledig te verhinderen. De verslaggever had zijn werk kunnen voortzetten als hij het bevel had opgevolgd.
De rechtbank concludeert dat de verslaggever niet onrechtmatig is behandeld. Ook oordeelt zij dat de rechtbank Rotterdam in haar communicatie geen onjuiste informatie heeft verstrekt. Een rectificatie is daarom niet nodig.
