ROTTERDAM- De vier verdachten die afgelopen maandag zijn opgepakt in Rotterdam, Barendrecht en Rhoon blijven langer vast. Dat heeft de rechter-commissaris in Rotterdam eerder vandaag besloten. Een vijfde verdachte die maandag is aangehouden, een man van 73, is niet voorgeleid. Hij is woensdag vrijgelaten na te zijn verhoord, maar blijft wel verdachte.
Het vijftal is aangehouden op verdenking van betrokkenheid bij het op grote schaal ondergronds bankieren en het witwassen van crimineel geld, vermoedelijk afkomstig uit de cocaïnehandel. De politie is de verdachten op het spoor gekomen door informatie van het Team Criminele Inlichtingen (TCI) en de Financial Intelligence Unit (FIU). Zes woningen en twee bedrijfspanden zijn doorzocht. De politie heeft beslag gelegd op zo’n 42 woningen, waaronder appartementen van boven de miljoen euro in Rotterdam. De woningen hebben in totaal een geschatte waarde van ongeveer 25 miljoen euro. Ook is een grote hoeveelheid bedrijfsadministratie in beslag genomen.
Drie verdachten, mannen van 45, 49 en 73 jaar oud, zijn verbonden aan een geldtransactiekantoor dat zich van oorsprong richt op money transfers tussen Suriname en Nederland. Het onderzoek richt zich op criminele geldstromen die via dit bedrijf zouden plaatsvinden. De 49-jarige verdachte heeft zich vermoedelijk jarenlang schuldig gemaakt aan ondergronds bankieren. Hierbij zou hij gebruik hebben gemaakt van een crimineel financieel netwerk in Nederland, Slowakije en Suriname. Hij wordt ook verdacht van valsheid in geschrifte. Van de andere verdachten, waaronder twee mannen van 53 en 54 jaar uit Rotterdam, wordt ook vermoed dat zij tot het netwerk behoren.
De verdachten en hun onderneming zijn al decennialang actief op de internationale financiële markten. Het vermoeden bestaat dat zij hun kennis en dit financiële netwerk hebben gebruikt om crimineel geld wit te wassen. Op deze manier werd contant geld, vermoedelijk afkomstig van drugshandel, in de markt gebracht zonder dat dit direct opviel.
De onderneming van de verdachten verzorgt geldwisseltransacties en money transfers. Hiervoor heeft zij twee vergunningen van De Nederlandsche Bank (DNB). In 2014 heeft DNB het bedrijf een bestuurlijke boete opgelegd, omdat zij geen adequaat beleid zou hebben gevoerd dat een integere bedrijfsuitoefening waarborgt. Onderzoek van de Landelijke Eenheid en het Landelijk Parket wijst erop dat het bedrijf deze rol jaren later nog steeds verzaakt.
Naast een actieve betrokkenheid bij ondergronds bankieren, bestaat het vermoeden dat het bedrijf tussen 2017 en tot 2022 veelvuldig heeft verzuimd om financiële transacties tijdig of überhaupt te melden bij de FIU. Bedrijven zijn verplicht ongebruikelijke transacties hier te melden, en hebben zo een poortwachtersrol om crimineel geld op te sporen. Het onderzoek lijkt erop te wijzen dat het bedrijf onjuiste en/of onvolledige informatie heeft verstrekt aan banken, de DNB en de FIU. Hierdoor hebben deze instellingen vermoedelijk geen betrouwbare inschatting kunnen maken van het risico op witwassen door het bedrijf. DNB is door de politie op de hoogte gesteld van de vermeende misstanden.