ROTTERDAM– De 24-jarige Kaapverdiër J. de O. uit Rotterdam is door de rechtbank Rotterdam veroordeeld tot een taakstraf van 80 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van 2 weken voor de mishandeling van zijn vriendin, D. L. De opgelegde straf valt lager uit dan de eis van de officier van justitie, die een taakstraf van 120 uur en 3weken voorwaardelijke celstraf had gevorderd.
De rechtbank acht bewezen dat De O. het slachtoffer op 1 september 2022 in Rotterdam hardhandig aan de hand heeft meegetrokken, haar tegen haar enkel heeft geschopt, meerdere malen tegen haar lichaam heeft geschopt en haar in het gezicht heeft geslagen. Hoewel de officier van justitie aanvankelijk een zwaardere aanklacht had ingediend voor (poging tot) zware mishandeling, is De O. daarvan vrijgesproken. Wel is hij schuldig bevonden aan mishandeling.
Volgens de rechter zijn de getuigenverklaringen voldoende duidelijk en betrouwbaar om tot een veroordeling te komen. De rechtbank vindt geen reden om te twijfelen aan de verklaringen van twee getuigen die zagen hoe het slachtoffer op straat werd aangevallen. De rechtbank oordeelt echter dat niet bewezen kan worden dat het slachtoffer door de mishandeling zwaar lichamelijk letsel heeft opgelopen, ondanks de melding van een op drie plaatsen gebroken enkel.
Bij de strafoplegging hield de rechtbank rekening met het feit dat De O. niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke feiten en dat hij sinds het incident hulp heeft gezocht voor traumaverwerking en stresshantering. Daarnaast speelt mee dat de redelijke termijn van 2 jaar voor de berechting is overschreden.
