WaterwegActueel
Editie Vlaardingen / Maassluis / Schiedam / Hoek van Holland

SCHIEDAMS SCHOONMAAKBEDRIJF MAG WERKNEMER ONTSLAAN NA ONGELUK

SCHIEDAM- De kantonrechter in Dordrecht heeft het ontslag op staande voet bevestigd en dit rechtmatig verklaard in de zaak tussen een voormalig rayonleider en haar oud-werkgever Gom Schoonhouden B.V. uit Schiedam.

De werknemer was sinds 23 november 2017 in dienst bij Gom Schoonhouden, aanvankelijk als schoonmaker en later als rayonleider in opleiding. Het ontslag vond plaats op 3 september 2024, nadat de vrouw op vakantie met een bedrijfsauto in een sloot was gereden terwijl zij onder invloed van alcohol verkeerde. De rayonleider had het incident niet onmiddellijk gemeld bij haar werkgever, ondanks de bepalingen in het Autoreglement en de bruikleenovereenkomst die een directe melding voorschrijven bij een ongeluk. De GOM ontdekte het ongeluk pas op 29 augustus 2024, toen het autoverhuurbedrijf de schade meldde. Het was toen echter niet mogelijk om de werknemer te bereiken, omdat zij haar werktelefoon had uitstaan vanwege haar vakantie.

De rayonleider gaf tijdens de zitting toe dat zij te veel alcohol had gedronken, maar verklaarde dat zij zich schaamde en haar leidinggevende niet wilde storen. De rechter oordeelt echter dat de vrouw niet is ontslagen vanwege de schaamte of de omstandigheden, maar omdat zij in strijd heeft gehandeld met zowel de interne regels van het bedrijf als de Wegenverkeerswet. Bovendien is het voor de Gom niet acceptabel dat de werknemer het ongeluk pas anderhalve week later meldt, ondanks dat er geen ernstig letsel was en de werknemer geen reden had om de melding uit te stellen.

De rechter oordeelt dat het ontslag op staande voet geldig is, omdat het voor de werkgever onmogelijk was geworden om het dienstverband voort te zetten na het verlies van vertrouwen in de vrouw. Ze heeft door haar handelen de relatie met haar werkgever ernstig verstoord, wat het voor de Gom onmogelijk maakt om haar functie als rayonleider voort te zetten. De persoonlijke omstandigheden van de vrouw, zoals het niet hebben van een nieuwe baan, worden niet als redenen gezien om milder te oordelen. Het was haar eigen verantwoordelijkheid om passende stappen te ondernemen in haar zoektocht naar werk en de omstandigheid dat zij zich had gericht op werk buiten haar huidige vakgebied, wordt als haar eigen keuze beschouwd.

De rechter wijst alle verzoeken van de ontslagen rayonleider af, waaronder de aanvraag voor een billijke vergoeding van 91.128,90 euro, een transitievergoeding van 15.633,15 euro en een vergoeding voor onregelmatige opzegging van 13.659,33 euro. De Gom is volgens de rechter niet verplicht deze vergoedingen te betalen, aangezien het ontslag het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen van de vrouw. Daarnaast is de vordering van de werknemer tot vergoeding van schade door de onregelmatige opzegging afgewezen, omdat het ontslag op staande voet rechtmatig is.

De Gom heeft de vrouw eveneens aansprakelijk gesteld voor de schade aan de bedrijfsauto en de kosten die het bedrijf heeft gemaakt om haar rijbewijs te verkrijgen. De rechter oordeelt dat de vrouw 7.162,- euro moet betalen voor de schade aan de bedrijfsauto en 4.089,31 euro voor de kosten van het behalen van haar rijbewijs, aangezien er geen afspraak is gemaakt over het kwijtschelden van deze kosten in verhouding tot de tijdsduur sinds de verkrijging van het rijbewijs.

Tot slot is de vrouw veroordeeld om de proceskosten van 1.492,- euro te betalen, bestaande uit de kosten voor het verzoek en tegenverzoek van de Gom, en de wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na de uitspraak.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *