SCHIEDAM- Jeffrey de H., geboren in Schiedam en momenteel gedetineerd in de gevangenis van Vught, wordt door het Openbaar Ministerie beschuldigd van bedreiging en vernieling, gepleegd in februari van dit jaar. Hij moet nu verschijnen voor de meervoudige strafkamer in Rotterdam.
Op 13 februari zou J. de H. in Vlaardingen V.A.R. P. hebben bedreigd met de woorden: ‘Je gaat naar de slachtbank, persoonlijk. Als ik geen gunnoe kan regelen dan regel ik een machete.’ Deze bedreiging valt onder artikel 285 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht.
Daarnaast zou hij op 26 februari in Vlaardingen opzettelijk en wederrechtelijk ruiten hebben vernield die toebehoorden aan de Politie Eenheid Rotterdam. Dit valt onder artikel 350 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht.
Twee dagen later, op 28 februari, zou De H. in Rotterdam opzettelijk en wederrechtelijk een telefoon hebben vernield die toebehoorde aan de Politie Eenheid Rotterdam. Ook dit valt onder artikel 350 lid 1 van het Wetboek van Strafrecht.
De officier van justitie heeft, gelet op een eerder onherroepelijk geworden vonnis van de politierechter te Rotterdam op 13 juli 2022, waarin De H. is veroordeeld tot een voorwaardelijke taakstraf van 40 uur (subsidiair 20 dagen hechtenis) met een proeftijd van 2 jaar, gevorderd dat deze straf alsnog ten uitvoer wordt gelegd. Dit omdat De H. zich voor het einde van de proeftijd opnieuw schuldig heeft gemaakt aan strafbare feiten.
