SCHIEDAM- Een 23-jarige man uit Schiedam, M. H., moet voor de politierechter in Rotterdam komen omdat hij een scooter bestuurde nadat hij cannabis en alcohol had gebruikt. Dit wordt ook wel combigebruik genoemd. Combigebruik betekent dat iemand twee of meer middelen op hetzelfde moment of tijdens dezelfde gelegenheid gebruikt. Dit kan leiden tot onvoorspelbare en gevaarlijke effecten.
De politie hield H. op 28 mei 2022 aan in Schiedam toen hij op zijn scooter reed. Uit een bloedonderzoek bleek dat hij meer dan de toegestane hoeveelheid cannabis en alcohol in zijn bloed had. Volgens artikel 8 van de Wegenverkeerswet 1994 mag iemand niet rijden als hij onder invloed is van een aangewezen stof die de rijvaardigheid kan verminderen, zoals cannabis of alcohol. De grenswaarde voor cannabis is 3 microgram THC per liter bloed en voor alcohol is 0,5 milligram ethanol per milliliter bloed. H. had echter 3,4 microgram THC per liter bloed en 0,80 milligram ethanol per milliliter bloed. Dat is dus hoger dan de wettelijke limiet.
H. heeft zich schuldig gemaakt aan een overtreding van de Opiumwet en de Wegenverkeerswet 1994. Hij kan hiervoor een straf krijgen van de politierechter. De politierechter behandelt lichte strafzaken waarvoor maximaal een jaar gevangenisstraf kan worden opgelegd. De straf die H. kan krijgen hangt af van de omstandigheden van het geval, zoals zijn persoonlijke situatie, zijn strafblad en de ernst van het feit. Volgens de richtlijn voor strafvordering Opiumwet, harddrugs kan de politierechter een geldboete, een taakstraf of een gevangenisstraf opleggen. De hoogte van de geldboete of de duur van de taakstraf of de gevangenisstraf wordt bepaald door het aantal grammen drugs dat iemand bij zich heeft of het gehalte aan drugs in zijn bloed. In het geval van H. zou hij bijvoorbeeld een geldboete van 850 euro of een taakstraf van 34 uur kunnen krijgen. Dit zijn echter slechts richtlijnen en geen vaste regels. De politierechter kan ook afwijken van deze richtlijnen als hij dat nodig vindt.
