VLAARDINGEN- Woningcorporaties in Rotterdam maken de gemeenteraad duidelijk dat het renoveren van cultuurhistorisch waardevolle panden niet altijd zinvol is. Ze stellen dat renovatie vaak resulteert in woningen van mindere kwaliteit en gebruiksgemak dan nieuwbouw. Dit alles zeer tegen de wil van bewoners uit de Provenierswijk. Beiden richten zich nu tot de volksvertegenwoordigers.
In een brief aan de gemeenteraad wijzen de corporaties op hun kwetsbare financiële positie. Ze wijzen er ook op dat renovatie van oude panden kostenverhogend is en slechts een beperkte toevoeging van woningen oplevert. Als oplossing stellen de corporaties voor om een gemeentelijk cultuurhistorisch fonds op te richten of de panden aan particulieren te verkopen. In ruil daarvoor vragen ze compensatie in de vorm van alternatieve bouwlocaties.
Critici uit de Provenierswijk wijzen echter op enkele tekortkomingen in de argumentatie van de corporaties. Ze menen dat de stijgende woningwaarde, vooral in cultuurhistorisch waardevolle omgevingen, niet wordt meegenomen in de overwegingen. Daarnaast worden aspecten, zoals het behoud van bouwmaterialen, niet genoemd in de brief. Ook de ruimtelijke kwaliteit van de historische voorraad, met kenmerken als ambachtelijke detaillering en ruime verdiepingshoogtes, blijft onderbelicht.
