ROTTERDAM– Naar aanleiding van eerdere fouten bij terugvorderingen van bijstandsuitkeringen heeft de gemeente Rotterdam nieuwe werkwijzen ingevoerd om zorgvuldiger te handelen. Een uitspraak van de Rechtbank Rotterdam uit november 2023, waarin de gemeente ongelijk kreeg, vormde de aanleiding voor deze aanpassingen.
In 2024 zijn diverse maatregelen genomen om de dienstverlening te verbeteren. Zo wordt bij terugvorderingen vanaf €2.500 een verplichte collegiale toets uitgevoerd om besluitvorming te controleren. Bij bedragen boven €5.000 moet een teammanager de procedure extra toetsen. Daarnaast wordt er standaard een fysiek gesprek aangeboden aan bijstandsgerechtigden bij complexe zaken.
Een ander belangrijk punt is de invoering van maatwerk. Medewerkers worden getraind om beter te kijken naar individuele situaties en af te wijken van standaardregels waar dat mogelijk is binnen de Participatiewet. Ook is er extra aandacht voor de zogeheten inlichtingenplicht: bijstandsgerechtigden worden op meerdere manieren geïnformeerd over hun verplichting om wijzigingen in hun situatie door te geven.
Tot slot heeft de gemeente richtlijnen aangescherpt voor vrijwilligerswerk en ‘op geld waardeerbaar werk’ door bijstandsgerechtigden. Hierbij wordt strenger toegezien op de naleving van afspraken om misstanden te voorkomen.
De gemeente benadrukt dat deze veranderingen zijn bedoeld om fouten in de toekomst te voorkomen en de dienstverlening aan Rotterdammers te verbeteren. Er wordt bovendien gepleit voor een versoepeling van landelijke wetgeving om meer ruimte te creëren voor maatwerk.
Onvoorstelbaar dat er in de huidige tijd er nog profiteurs rondlopen die geen werk (willen) hebben. Uiteraard zijn er altijd redenen te vinden waarom ze niet werken.
Het cbs heeft onderzoek gedaan waar de meeste profiteurs vandaan komen. Verspilling van dat geld, ook zonder onderzoek is dat bekend.
Van de niet-westerse allochtonen hebben Turken en Marokkanen het vaakst een uitkering. Van de Turken had eind vorig jaar 28 procent een uitkering. Bij Marokkanen was dat 27 procent. Maar ook het aandeel onder Antillianen en Arubanen en onder Surinamers was hoog vergeleken met de autochtonen.