VLAARDINGEN- De Vlaardingse haringhandel kon tijdens de Eerste Wereldoorlog floreren door een handvol echte waaghalzen. Zo blijkt uit stukken die Jan Anderson verzamelde voor een expositie in zijn streekmuseum over de honderd jaar geleden uitgebroken oorlog.
Haring was schaars en duur tussen 1914 en 1918. Vlaardingse haringhandelaren konden door de Nederlandse neutraliteit grof geld verdienen aan het oorlogvoerende Duitsland, waar hongersnood heerste, maar vissen op de Noordzee was levensgevaarlijk. De zee lag vol met mijnen. Verschillende loggers uit Vlaardingen die het probeerden, keerden niet terug, maar vissers die het wél overleefden , hadden een dik inkomen.
Op de nieuwste tentoonstelling zijn ook een foto met handtekening en een brief van de Duitse keizer Wilhelm de Tweede aan de Vlaardingse reder Van Buuren van Heijst te zien. De haringbaron stuurde de onttroonde keizer, die na de oorlog als asielzoeker een kasteeltje in Doorn bewoonde, jaarlijks een vaatje verse vis. Een omstreden zaak. De keizer wordt anno 2014 als oorlogsmisdadiger gezien.
De tentoonstelling in het Streekmuseum aan de Kethelweg in Vlaardingen is elke zaterdag- en eerste zondagmiddag van de maand te bezoeken.