VLAARDINGEN- Bij de moord op de destijds 26-jarige Abdul El Issati in Vlaardingen was eigenlijk sprake van een noodweerexces. Bovendien was dader Luciano A. (19) nog lang geen 23 toen hij op 16 december 2020 een kogel afvuurde, waardoor hij valt onder het jeugdstrafrecht, zo heeft de advocaat van A. tevergeefs aan de rechter voorgelegd. De rechter heeft korte metten gemaakt met het verweer. A. is veroordeeld tot een celstraf van 5 jaar volgens het volwassenstrafrecht. Het beroep op noodweer is verworpen.
Aangevoerd is dat een vriend van A. achtervolgd werd door het latere slachtoffer en dat deze laatste een mes bij zich droeg, waarmee hij de vriend van A. wilde steken.
Op 16 december 2020 omstreeks 20.02 uur wordt het slachtoffer op de kruising van de Groen van Prinstererstraat en de Patrimoniumdwarsstraat in de rug geschoten. Het slachtoffer is nog in staat de Patrimoniumdwarsstraat in te lopen, maar valt al vrij snel neer en overlijdt ter plekke. Er wordt een klein mes vlakbij zijn hoofd aangetroffen. Voorafgaand aan het schietincident heeft omstreeks 19.51 uur een aanvaring plaatsgehad aan de achterzijde van een supermarkt aan de Gedempte Biersloot tussen enerzijds het slachtoffer en anderzijds A. en twee van zijn vrienden. Daarbij is geduwd en getrokken. Na deze aanvaring is het slachtoffer naar een coffeeshop gelopen gelegen aan de Hoogstraat, alwaar hij om 19.58 uur aankomt en weer om 20.00 uur vertrekt. Hij loopt dan in de richting van de Groen van Prinstererstraat. A. en zijn twee vrienden zijn in de tussentijd met een auto gereden naar diezelfde Groen van Prinstererstraat. Daar wordt de auto omstreeks 19.58 uur geparkeerd. De inzittenden blijven een paar minuten in de auto zitten. Omstreeks 20.01 uur stapt A. uit de auto met medeneming van een vuurwapen en loopt in de richting van het slachtoffer die zich op dat moment in de Groen van Prinstererstraat bevindt. Ook de twee vrienden van A. stappen uit de auto en lopen dezelfde kant uit.
Ongeveer twintig seconden daarna rennen A., zijn twee vrienden en het slachtoffer hard achter elkaar aan in de Groen van Prinstererstraat. Voorop rent één van de vrienden van de A., daarachter het slachtoffer en daar weer achter A. met het vuurwapen in zijn hand. Bij de kruising met de Patrimoniumdwarsstraat buigt de voorop rennende vriend van A. plotseling af en steekt de straat over. Het slachtoffer volgt deze vriend niet, maar stopt de achtervolging als de man afbuigt en blijft dan staan. A. rent door, nadert het stilstaande slachtoffer, richt het vuurwapen op hem en vuurt een schot af op het slachtoffer. Nadat A. het slachtoffer heeft neergeschoten, rent hij weg en gaat naar zijn woning. De twee vrienden van A. stappen in de geparkeerde auto en gaan ook weg.
A. heeft over de gebeurtenissen die avond het volgende verklaard. Bij de aanvaring achter de supermarkt heeft hij geen geweld gebruikt, maar heeft hij juist geprobeerd escalatie te voorkomen. In de Groen van Prinstererstraat benaderde hij het slachtoffer om met hem te praten. Wel had hij een vuurwapen in zijn jaszak meegenomen, om aan het slachtoffer duidelijk te maken dat er met hen niet te spotten viel. Op het moment dat hij het slachtoffer aansprak in de Groen van Prinstererstraat, reageerde het slachtoffer niet op hem, maar rende hij gelijk door naar één van de vrienden van A. en rende vervolgens schreeuwend achter hem aan. A. zag toen dat het slachtoffer een mes in zijn handen had. A. is er ook achteraan gegaan en heeft het vuurwapen op enig moment uit zijn zak gehaald, omdat hij zag dat zijn vriend in levensgevaar was. Toen hij zag dat zijn vriend gestoken zou worden, schoot hij in een impuls. Het was een reactie, aldus A.
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 30 juni 2021. Dit rapport houdt het volgende in: De leefsituatie van verdachte voorafgaand aan zijn detentie zag er redelijk positief uit. Er zijn geen problemen in de thuissituatie en er is sprake van een positief en hecht familienetwerk. Ook heeft betrokkene een vriendin waarmee hij al drie jaren een relatie heeft. Wel zijn er problemen op de gebieden van dagbesteding, psychosociaal functioneren en sociaal netwerk. De verdachte was wel schoolgaand, maar daar hebben zich meerdere agressie-incidenten voorgedaan. De verdachte functioneert op een laag cognitief niveau (verstandelijke beperking).
Het scheelt in ieder geval weer een uitkering.