MAASSLUIS- De 26-jarige Joël van de P. uit Leiden moet voor de rechter verschijnen, omdat hij zou hebben gepoogd ontucht te bedrijven met een minderjarig meisje uit Maassluis. Volgens het Openbaar Ministerie (OM) heeft Van de P. met het meisje van toe 14 jaar afgesproken bij Winkelcentrum Koningshoek te Maassluis op 14 februari vorig jaar.
Volgens de tenlastelegging heeft Van de P. in Leiden, door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst aan een minderjarige, die de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt een ontmoeting voorgesteld met het oogmerk ontuchtige handelingen, met haar te plegen, terwijl hij, verdachte, enige handeling heeft ondernomen tot het verwezenlijken van die ontmoeting, door via Snapchat contact te leggen en te onderhouden met de Maassluise.
Het OM zint op een straf op basis van art 248e Wetboek van Strafrecht. Dit artikel gaat over het delict ‘grooming’. Dit houdt in dat het strafbaar is om via digitale kanalen een ontmoeting voor te stellen met een minderjarige onder de 16 jaar, met het doel om ontuchtige handelingen te plegen of beeldmateriaal van een seksuele gedraging te vervaardigen.
Voor Van de P. betekent dit dat als hij daadwerkelijk een handeling heeft ondernomen gericht op het verwezenlijken van zo’n ontmoeting, hij strafbaar is en een gevangenisstraf van ten hoogste 2 jaar of een geldboete van de vierde categorie kan krijgen. Het is belangrijk dat er bewijs is van de intentie en de ondernomen handelingen om de ontmoeting te realiseren. Slechts het communiceren met een minderjarige, zelfs met een ontuchtige ondertoon, is niet voldoende voor strafbaarheid; er moet sprake zijn van concrete acties om de ontmoeting te bewerkstelligen.