SCHIEDAM- Bij de Bibliotheek aan het Stadserf in Schiedam, wordt in het kader van de reeks Positief Opvoeden donderdagavond 13 november een lezing gehouden over ‘ Loverboys’. De mythe van het onzekere, Hollands meisje dat door ‘de lichtgetinte’ oudere jongen tot prostitutie wordt gedwongen blijft tot de verbeelding spreken, maar de laatste jaren lijkt de vraag steeds meer gerechtvaardigd: bestaat de loverboy eigenlijk wel?
Criminoloog Frank Bovenkerk is ervan overtuigd dat de losse seksuele moraal, zoals die in R&B gangsterclips tot ons komt, zijn uitwerking ook onder tienermeisjes niet heeft gemist. Jongeren doen na wat ze op tv zien. In die clips zie je zwarte pooiers en gewillige meiden, dus vinden veel meisjes zulk gedrag normaal en doen ze in het begin vrijwillig mee aan die losse seksuele contacten. Vaak beseffen ze pas veel later wat hun status daardoor is.
Ruim vijftien jaar nadat de term Loverboy voor het eerst werd gelanceerd, is er nog altijd geen deugdelijk overzicht van de omvang van het ‘probleem’. Veroordelingen waarin de rechter een link legt met ‘loverboytechnieken’ zijn schaars, hooguit enkele tientallen het afgelopen decennium. Dat terwijl een grove schatting uit 1998 spreekt van vijftienhonderd slachtoffers per jaar. Ook de vele hulptrajecten en opvanghuizen lijken van dergelijke aantallen uit te gaan, maar niemand kan de aantallen hard maken.
Maria Mosterd, ooit boegbeeld van de loverboyslachtoffers, publiceerde in 2008 haar relaas Echte Mannen Eten Geen Kaas, waarin ze beweert haar geschiedenis met een loverboy te beschrijven. De journalist Hendrik Jan Korterink toonde in zijn boek Echte Mannen Eten Wel Kaas echter vrij overtuigend aan dat Mosterd haar verhaal van a tot z heeft verzonnen. Daarna maakte ook misdaadverslaggever Peter R. de Vries, in een speciale uitzending van zijn tv-programma, gehakt van de verzonnen schrijfsels van het loverboy boegbeeld. Klik HIER en HIER.
Volgens publicist Korterink willen veel ouders niet zien dat hun tienerdochter zelf het initiatief neemt tot seks met verschillende jongens of pijpsessies. Wat criminoloog Bovenkerk betreft zijn de cijfers van de aantallen slachtoffers ‘krankzinnig hoog’, maar afkomstig van hulpverleners, en die zoeken niet naar de feiten, maar gaan volledig mee in het verhaal van het slachtoffer. Daar hebben zij baat bij, dat is hun werk, aldus Bovenkerk.
