SCHIEDAM– Het aantal jeugdbeschermingsmaatregelen en jeugdreclasseringsmaatregelen in de regio Rijnmond toont lichte fluctuaties. Dit meldt het Schiedamse college van burgemeester en wethouders in een terugkoppeling over verbonden partijen met een gemiddeld tot hoog risicoprofiel.
De cijfers laten een daling zien van 1966 maatregelen in maart 2024 naar 1907 in juni, gevolgd door een lichte stijging naar 1939 in september. Opvallend is een afname in het aantal ondertoezichtstellingen (OTS) en voogdijzaken, terwijl het aantal jeugdreclasseringszaken juist toeneemt. Voor deze trends zijn geen duidelijke oorzaken vastgesteld.
Het percentage kinderen dat binnen een week aan een vaste jeugdbeschermer wordt gekoppeld, blijft stabiel. Voor kinderen die nog niet aan een vaste jeugdbeschermer gekoppeld kunnen worden, wordt gewerkt volgens het Landelijk Handelingsperspectief (LHP). Dit kader focust op acute kindonveiligheid, zoals mishandeling of misbruik, zonder dat kinderen uit het zicht raken.
In deze gevallen monitort Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (JBRR) de veiligheid van kinderen door ze minimaal één keer per drie maanden te zien en te spreken. Ook wordt er contact onderhouden met de betrokken hulpverlening in het gezin. Bij directe onveiligheid komt JBRR onmiddellijk in actie.
De monitoring wordt uitgevoerd door ervaren jeugdbeschermers, bijgestaan door ondersteunende medewerkers. Deze teams voeren wettelijke taken uit, zoals risicotaxatie, het opstellen van gezinsplannen en het aanvragen van hulpverlening.
Het streven is dat alle kinderen die momenteel onder het LHP vallen, per 1 januari 2025 worden opgenomen in de reguliere casusregie. Dit hangt af van de optimale inzet van beschikbare capaciteit.