ROTTERDAM- De gemeenteraad van Rotterdam heeft unaniem ingestemd met een motie die tot doel heeft elke kamerbewoner een solide rechtspositie te bieden. De motie heeft betrekking op de Derde wijziging Verordening toegang woningmarkt en samenstelling woningvoorraad 2021.
Bewoners van woningen die op basis van een vergunning voor kamerbewoning zijn opgedeeld in onzelfstandige wooneenheden, hebben momenteel niet altijd de beschikking over een individueel huurcontract. Dit kan leiden tot onduidelijkheid en onzekerheid over huurrechten en -verplichtingen.
Met het verplicht stellen van individuele huurcontracten per kamerbewoner wil de gemeenteraad de huurrechten beter borgen. Een individueel contract maakt het voor bewoners eenvoudiger om bij de Huurcommissie een huurprijs conform het puntenstelsel voor kamers af te dwingen. Bovendien biedt een contract op naam van de bewoner garantie voor huurbescherming.
De gemeente Amsterdam heeft al goede ervaringen opgedaan met het verplicht stellen van individuele contracten bij het verlenen van vergunningen voor kamerbewoning. Deze aanpak heeft de belangen van huurders effectief geborgd. Rotterdam volgt nu dit voorbeeld en neemt het initiatief om deze voorwaarde op te nemen in de Verordening toegang woningmarkt en samenstelling woningvoorraad 2021.
Het college wordt verzocht om bij de eerstvolgende wijziging van de verordening te regelen dat het afsluiten van individuele contracten tussen huurder en verhuurder een voorwaarde is voor het verlenen van een vergunning voor kamerbewoning. Een mogelijke formulering zou zijn:
“Elke onzelfstandige woonruimte wordt door maximaal één volwassene bewoond en in geval van huur op basis van een individueel schriftelijk huurcontract voor de betreffende onzelfstandige woonruimte tussen eigenaar, of degene namens deze, en huurder.”
Met deze motie wordt beoogd een eerlijk speelveld te creëren waarin zowel huurders als verhuurders hun rechten en plichten kennen en kunnen naleven.
