VLAARDINGEN- De 28-jarige Hamza J. uit Rotterdam wordt gezien als hoofdverdachte in de zaak aan de Geert Grootelaan in Vlaardingen-West. Hij wordt verdacht van poging tot moord op de Algerijn B. I. op 7 januari dit jaar in Vlaardingen. Het Openbaar Ministerie (OM) stelt dat de verdachte, mogelijk samen met anderen, het slachtoffer met voorbedachten rade door het hoofd heeft geschoten.
Volgens de tenlastelegging zou J., geboren te Rotterdam, op 7 januari betrokken zijn geweest bij het gewelddadig incident in Vlaardingen. De aanklacht stelt dat de verdachte, al dan niet in samenwerking met anderen, geprobeerd heeft I. van het leven te beroven door hem met een vuurwapen door het hoofd te schieten.
Het OM beschuldigt J. van poging tot moord, wat inhoudt dat de daad niet alleen opzettelijk, maar ook met voorbedachten rade zou zijn gepleegd. Dit suggereert dat er sprake zou zijn geweest van planning en overweging voorafgaand aan de daad.
De verdachte, die in het bezit is van een Marokkaans paspoort, verblijft momenteel in de Penitentiaire Inrichting Krimpen aan den IJssel in afwachting van zijn proces. De zaak zal worden behandeld door de meervoudige strafkamer in Dordrecht, wat aangeeft dat de rechtbank de zaak als complex beschouwt.
Vorige maand is de 27-jarige Antilliaan H.J. al veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 jaar voor het medeplegen van poging tot doodslag op Algerijn I. aan de Geert Grootelaan. De verdediging pleitte tevergeefs voor vrijspraak, stellende dat J. geen actieve rol had gespeeld in het schietincident en niet op de hoogte was van het vuurwapen van de medeverdachte. De rechtbank achtte deze verklaring echter ongeloofwaardig. Camerabeelden toonden aan dat J. zijn wapen, dat op een pistool leek, had doorgeladen voordat hij de woning betrad. J. was voor deze klus een vergoeding van 1000,- euro beloofd. De rechtbank acht het bewezen dat J. bewust de aanmerkelijke kans had aanvaard dat er (vuurwapen)geweld zou worden gebruikt.
Hoewel J. niet degene was die het schot loste, leverde hij een belangrijke bijdrage aan het misdrijf.
Het slachtoffer werd in het bijzijn van zijn broer door de medeverdachte door het hoofd geschoten, terwijl de ex-partner en de 1,5 jaar oude zoon van het slachtoffer in de woning lagen te slapen. Het slachtoffer overleefde het incident ternauwernood, maar liep blijvend hersenletsel op en zal de rest van zijn leven afhankelijk zijn van zorg.