CELSTRAFFEN GEEIST TEGEN BOMLEGGERS DOKLAAN ROTTERDAM-ZUID

ROTTERDAM- Tegen twee mannen, R.R.R. F. (19) uit Brazilië (huidige woonplaats Emmeloord) en de Mexicaan D.A. E. (20) uit Dordrecht, is vandaag respectievelijk 20 maanden celstraf, waarvan 6 voorwaardelijk, en 9 maanden, waarvan 3 voorwaardelijk, geëist voor het voorbereiden van een aanslag. Beide straffen hebben een proeftijd van drie jaar.

Op 13 oktober 2023 werd de toen 18-jarige Braziliaan Renigel F. uit Almere aangehouden bij een bedrijfspand aan de Doklaan in Rotterdam. Hij had een explosief van een kilo bij zich, samengesteld uit flitspoeder van tientallen Cobra’s. Uit het daaropvolgende onderzoek kwamen de twee andere verdachten naar voren.

Op 12 en 13 oktober werden ’s nachts voorbereidingen getroffen om een explosie te veroorzaken bij het bedrijf. De derde nacht was het raak en ontstond er schade aan het pand. De mannen die vandaag voor de rechter stonden, hebben volgens het OM een rol gehad in de mislukte explosie op 13 oktober. Ze regelden het explosief en zorgden ervoor dat hun medeverdachte bij het pand werd gebracht. Deze verdachte verscheen eerder voor de rechter en kreeg 186 dagen jeugddetentie, waarvan 90 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar.

Hoewel alles erop wijst dat het drietal samen een bom wilde laten ontploffen, kan hen een daadwerkelijke explosie niet ten laste worden gelegd. De verdachte uit Almere werd in de buurt van het pand met de bom aangetroffen, maar die was nog niet bij het pand neergelegd. Uit het onderzoek bleek dat de drie mannen in de periode voor de poging veelvuldig contact met elkaar hadden. De verdachte uit Emmeloord regelde bijvoorbeeld dat de verdachte uit Almere een explosief en een gasaansteker had. Ook reed hij zijn medeverdachte naar Rotterdam, waar hij overstapte in de auto van de andere verdachte die naar de Doklaan reed.

Volgens de officier van justitie zijn de voorbereidingshandelingen wél bewezen en vormen deze een ernstig strafbaar feit. “Wat de aanleiding voor deze voorgenomen ontploffing is geweest, is onbekend en zal wellicht onbekend blijven. Of de verdachten dat wel weten, blijft eveneens gissen. In de meeste gevallen is de aanleiding een conflict in het drugsmilieu, maar er is ook sprake van kopieergedrag, familieruzies of financiële motieven.”