SCHIEDAM- De politierechter in Rotterdam zal binnenkort oordelen over de zaak van de 32-jarige Bulgaar S.G. S. uit Schiedam. Hij wordt ervan verdacht dat hij op 9 december 2020 in Schiedam een personenauto heeft bestuurd, terwijl hij op de hoogte was of had moeten zijn dat zijn rijbewijs voor de categorie B (personenauto’s) ongeldig was verklaard. Bovendien had hij geen ander rijbewijs gekregen voor het besturen van een voertuig van die categorie. Hij is aangehouden op de snelweg A4, waar hij achter het stuur zat van een bedrijfsauto (bestelbusje). Het Openbaar Ministerie wil hem straffen op grond van artikel 9 lid 2 van de Wegenverkeerswet 1994.
Dit artikel bepaalt dat het verboden is om een motorrijtuig te besturen nadat het rijbewijs ongeldig is verklaard, geschorst is of ingevorderd is. Wie dit toch doet, kan een geldboete krijgen of een gevangenisstraf van ten hoogste twee maanden. Ook kan de rechter bepalen dat het rijbewijs voor een bepaalde tijd wordt ingehouden of dat het voertuig wordt verbeurdverklaard of onttrokken aan het verkeer. De exacte straf hangt af van de omstandigheden van het geval, zoals de reden van de ongeldigverklaring, de duur van de ongeldigverklaring, het soort voertuig en het rijgedrag van de verdachte.