ROTTERDAM- Er is discussie over het beleid rondom de verkoop van corporatiewoningen en de handhaving van de zelfbewoningsplicht in Rotterdam. Het stadsbestuur wordt geconfronteerd met zorgen over de naleving van de zelfbewoningsplicht. Er is een groeiende behoefte aan betaalbare woningen in de stad, en corporatiewoningen spelen hierin een belangrijke rol. De zelfbewoningsplicht, die is ingesteld om speculatie en schaarste op de woningmarkt tegen te gaan en de leefbaarheid van wijken te behouden, wordt mogelijk niet altijd nageleefd.
De fractie van Leefbaar Rotterdam heeft signalen ontvangen van mogelijke schendingen van deze zelfbewoningsplicht. Dit roept vragen op over de effectiviteit van de handhaving van deze verplichting en de gevolgen voor de toegankelijkheid van betaalbare woningen voor mensen die daar recht op hebben.
Leefbaar komt met een reeks vragen. De partij wil weten hoeveel corporatiewoningen de afgelopen 3 jaar zijn verkocht met een zelfbewoningsplicht en hoe de gemeente de naleving van deze plicht controleert. Ook wordt gevraagd hoeveel gevallen van schending er zijn geconstateerd en wat de gevolgen zijn voor de kopers in deze gevallen.
Daarnaast is de partij benieuwd naar het effect van de verkoop van corporatiewoningen op de beschikbaarheid van betaalbare woningen in Rotterdam en of er aanvullende maatregelen kunnen worden getroffen om te voorkomen dat de zelfbewoningsplicht wordt geschonden. Ook wordt de mogelijkheid onderzocht voor kopers om ontheffing te krijgen van de zelfbewoningsplicht, bijvoorbeeld wanneer zij voor langere tijd op reis gaan.
